Van Leckwijck, William (1902-1975)

From Bestor_NL
Jump to: navigation, search

Mijningenieur en geoloog, geboren te Antwerpen op 16 november 1902 en overleden te Wilrijk op 19 juni 1975.

Biografie

William Van Leckwijck.jpeg

William of Willy Van Leckwijck werd geboren te Antwerpen op 16 november 1902. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog week hij uit naar Engeland, waar hij zijn middelbare studies voltooide. Nadien studeerde hij aan het Clifton College te Bristol. Hij studeerde ook aan de Universiteit van Edinbrugh.[1]
Bij zijn terugkeer naar België haalde hij in 1926 het diploma van mijningenieur aan de Universiteit van Luik. Vanaf dan was hij bijna constant op het terrein, hetzij voor geologische karteringen of voor opdrachten gelinkt aan zuivere of toegepaste geologie. Van 1927 tot 1930 reisde hij naar Canada, Engeland en Schotland waar hij zich bezighield met het onderzoeken van steenkoolmijnen. In 1930 vertrok hij naar Marokko, waar hij gedurende zes jaar werkte voor verschillende Belgische en Noord-Afrikaanse maatschappijen. Van 1937 tot 1938 vervulde hij geologische opdrachten in Griekenland, Kreta, Lesbos (voor ertsen), Bulgarije (voor ijzer en mangaan), Finland (voor ijzer), Frankrijk en Italië (voor asbest). Van 1939 tot 1940 onderzocht hij voor de Tunesische regering verschillende bruinkoolbekkens evenals ijzer-, lood- en fosfor-afzettingen. Van 1940 tot in 1946 vervulde hij geologische en mijnbouwkundige opdrachten voor de Société Ougrée-Marihaye in Frankrijk, Luxemburg en België.
Van 1943 tot 1944 volgde hij een specialisatie paleontologie aan de Universiteit van Luik.
In 1947 werd hij hoofdgeoloog en vanaf 1950 wetenschappelijk directeur van het Centre Nationale de Géologie Houillère. Hij was hier 20 jaar lang de coördinator van een team specialisten.
Hij bleef echter onderzoek doen in Noord-Afrika. Hij verbleef dan ook tussen 1951 en 1966 verschillende malen in Tunesië.[2]
Vanaf 1955 besteedde hij een groot deel van zijn tijd aan het organiseren van een internationale samenwerking tussen de verschillende geologische wetenschappers en hun verschillende vakgebieden. In 1964 werd hij secretaris-generaal van de Internationale Unie voor Geologische Wetenschappen. Hij bleef dit tot in 1970.[3]
In het kader van deze internationale samenwerking werd hij belast met de redactie van de Lexique Stratigraphique International.[4]
In 1964 werd hij benoemd tot professor aan de Universiteit van Leuven. Hij doceerde onder meer de stratigrafische paleontologie. Hij ontwikkelde hier een laboratorium dat zich bezighield met de microfauna van het Tertiair.
Hij werd op 11 oktober 1958 corresponderend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, werkend lid op 3 april 1965 en bestuurder in 1970.
Binnen de Academie was hij lid en later voorzitter van het Nationaal Comité voor Geologische Wetenschappen. Hij was ook lid van de Bestendige Commissie voor de Geschiedenis van de Wetenschappen.[5] Hij was ook lid van het sub-comité voor de Geodynamics Projects.
Hij was lid van verschillende Belgische genootschappen: Geologisch genootschap in Antwerpen (1957), voorzitter van de Société géologique de Belgique in Brussel (1957) en voorzitter van de Société géologique de Liège (1963).[6]
Hij was lid van de Nationale Raad der Wetenschappelijke Unies. Hij was algemeen secretaris van de Unie voor Geologische wetenschappen, lid van de Geological Society of Londen, lid van de Société géologique de France, erelid van de Académie Lorraine des Sciences en corresponderend lid van de Geological Society of Sweden.[7]
Hij won verschillende prijzen: in 1956 de Baron van Ertborn prijs, in 1964 de Penning Waterschool van der Gracht van de Nederlandse Vereniging voor Geologie en Mijnbouw, in 1968 de gedenkpenning Leopold von Buch van het Deutsche Geologische Geselschaft en in 1969 de gedenkpenning voor het 100-jarig bestaan van het Hongaars Geologisch Instituut.
In 1952 werd hij Officier in de Orde van Oeissam Alaoeit van Marokko.
Hij ontving ook ere-doctoraten van de universiteiten van Witwatersrand (1970) en Southampton (1972).
Hij overleed te Wilrijk op 19 juni 1975.

Werken

Hij schreef ongeveer 140 publicaties.
Hij bracht het oostelijk gedeelte van de noordelijke Atlas in kaart tijdens zijn zesjarig verblijf in Marokko.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog onderzocht hij de geologie van ons land. Dit onderzoek leidde tot belangrijke paleo-geografische waarnemingen zoals de lacune van het Dinantiaan in het Land van Herve, het ontbreken van het Famenniaan in de streek van Hoei, de invloed van het Massief van Brabant bij de hercynische orogense, enz ...
In de periode 1950-1960 ging zijn belangstelling hoofdzakelijk uit naar periglaciale fenomenen, eerst in België en later in de Marokkaanse Atlas.[8]
Als voorzitter van het Nationaal Comité voor Geologische Wetenschappen lanceerde William Van Leckwijck het grote project van de herziening van de stratigrafie van België, dit loopt nog steeds.[9]

Publicaties

  • Lijst met publicaties in Jaarboek 1975, Brussel: KVAB, p. 369-376


Bibliografie

  • Geukens,F., "In Memoriam W. Van Leckwijck", In:Jaarboek 1975, Brussel, KVAB, p. 366-369.
  • Groessens, Eric & Groessens-Van Dyck, Marie-Claire, "De aardwetenschappen", In:Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia, 2001, vol. 2, p.223.


Nota’s

  1. Groessens, Eric & Groessens-Van Dyck, Marie-Claire, "De aardwetenschappen", In:Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia, 2001, vol. 2, p. 223.
  2. Geukens, F., "In Memoriam W. Van Leckwijck", In:Jaarboek 1975, Brussel, KVAB, p. 366-369.
  3. Groessens, Eric & Groessens-Van Dyck, Marie-Claire,"De aardwetenschappen", In:Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia, 2001, vol. 2, p.223.
  4. Geukens, F., "In Memoriam W. Van Leckwijck", In: Jaarboek 1975, Brussel, KVAB, p. 366-369.
  5. "Van Leckwijck Willem", In:De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden, Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.293.
  6. Geukens, F., "In Memoriam W. Van Leckwijck", In:Jaarboek 1975, Brussel, KVAB, p. 366-369.
  7. "Van Leckwijck Willem", In:De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden, Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.293.
  8. Geukens, F., "In Memoriam W. Van Leckwijck", In:Jaarboek 1975, Brussel, KVAB, p. 366-369.
  9. Groessens, Eric & Groessens-Van Dyck, Marie-Claire,"De aardwetenschappen", In:Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia, 2001, vol. 2, p.223.