Cumont, Franz Valérie Marie (1868-1947)
Professor, curator, filoloog, archeoloog en epigraaf, geboren in Aalst op 3 januari 1868 en overleden in Sint-Pieters-Woluwe (Brussel) op 14 augustus 1947.
Biografie
Na zijn humaniora aan het Koninklijk Atheneum van Brussel ging Cumont verder studeren aan de Universiteit van Gent. In 1887 behaalde hij er een doctoraat in de klassieke filologie en ontving hij een reisbeurs die hem naar Bonn, Berlijn, Wenen, Athene, Rome en Parijs bracht. In 1892 – hij was toen pas vierentwintig jaar oud - werd Cumont tot docent aan de Universiteit van Gent benoemd. Vier jaar later promoveerde men hem tot gewoon hoogleraar in de klassieke filologie. ref> DE RUYT, Franz, "Notice sur Franz Cumont", in: Annuaire de l'Académie royale de Belgique, 1981, 100-101.</ref>. In juli 1899 werd hij benoemd tot vrijwillig curator zonder vergoeding aan de Musées royaux des Arts décoratifs et industriels[1] en in 1901 bevorderde men hem tot afgevaardigd conservator.
Na zijn eerste Europese reizen ondernam Cumont in 1900, samen met zijn broer Eugène, een eerste verre reis van twee maanden naar de streek van Pontus in Klein Azië. [2]. Vijf jaar later ondernam hij een reis naar Noord-Syrië op zoek naar sporen van de reis van keizer Julien naar Ctésiphon (Irak). Naar aanleiding van een reis naar de Verenigde Staten en zijn ontmoeting met J. Breasted (1865-1935), een Amerikaans specialist van het Midden-Oosten, ondernam Cumont nog twee onderzoeksreizen – in 1922 en in 1923 – naar Doura-Europos (Syrie). [3].
Cumont zette zich bijzonder in om als curator de archeologische en kunsthistorische verzamelingen van het museumte vergroten. Tijdens zijn vele reizen en archeologische missies in het Verre Oosten maakte hij connecties met lokale personen en instanties die hem archeologische stukken voor het museum schonken. tegelijkertijd volgde hij ijverig op welke collecties te koop werden aangeboden. Samen met adjunct-curator Jean De Mot slaagde Cumont erin om fondsen te werven om gespreid over drie periodes (1901, 1904 et 1907) verschillende stukken van de collectie van Léon Somzée (1837-1901) aan te kopen[4]. Wanneer de fondsen om bepaalde stukken te verwerven niet volstonden, gebeurde het dat Cumont zelf de aankoop financierde. Tenslotte doneerde hij een stuk van zijn persoonlijke collectie aan het museum.[5]. Daarnaast begeleidde Cumont, samen met Jean De Mot en Jean Capart, de aankooppolitiek van de rijke verzamelaar Raoul Warocqué van Mariemont. De drie onderzoekers van het museum werden samengebracht om de catalogus van de collecties uit te geven. [6].
Ondertussen werd hem in eigen land de toegang tot de leerstoel Romeinse geschiedenis, die op dat moment vacant was, moeilijk gemaakt, omwille van politieke meningsverschillen op het Ministerie van Wetenschappen en Kunsten. Cumont koos ervoor om zijn ontslag als hoogleraar aan de Gentse universiteit in te dienen en zijn functie als curator aan de Koninklijke Musea neer te leggen. Hij verliet België om zijn tijd te verdelen tussen Rome en Parijs. [7]. Hoewel Franz Cumont fysisch ver van België verwijderd was slaagde hij er toch in de site van Apamée in Syrie aan Belgische archeologen over te dragen waarbij Fernand Mayence de leiding kreeg. [8].
Cumont liet per testament aan de Academia Belgica in Rome, waarvan hij voorzitter was, zijn bibliotheek en zijn Romeins appartement na met als bepaling dat de huurinkomsten van het appartement voor het onderhoud van de bibliotheek moesten worden ingezet. [9] Naast de vijfjaarlijkse prijs voor wetenschapsgeschiedenis die hij in 1910 ontving, was Cumont eveneens de winnaar van de Francquiprijs in 1936. [10] Over de vraag of Franz Cumont al dan niet vrijmetselaar was, werd lang geredetwist en de discussie werd onlangs hernomen door de ontdekking van drie letters met de monogram "FC" met daarin 3 punten. Toch lijkt het er eerder op dat de letters zouden hebben toebehoord aan zijn broer Fernand Cumont[11]
Publicaties
Cumonts wetenschappelijke publicaties zijn talrijk. De meesten van hen behandelen de geschiedenis van de religies en meer bepaald de oosterse invloed op het Romeins heidendom. Tot een van zijn meest bekende publicaties behoort de studie over Les religions orientales dans le paganisme romain (1906) dat zowel in het Duits (1910), het Engels (1911) en het Italiaans (1913) werd vertaald. [12] De fundamenten van deze benadering legde hij al eerder in zijn doctoraatsthesis Alexandre d'Abonotichos. Un épisode de l'histoire du paganisme au IIe siècle de notre ère (1887). Met zijn proefschrift over de verspreiding van de cultus van Mithra bemachtigde hij in 1889 een reisbeurs. Tussen 1894 en 1900 verschenen Textes et Monuments relatifs aux Mystères de Mithra, Les Mystères de Mithra (1900)[13]. Vooraleer hij tot curator benoemd was van de Musées royaux des Arts décoratifs et industriels werkte Franz Cumont in het museum van de Hallepoort, waar hij de Catalogue des Sculptures et Inscriptions antiques (Monuments lapidaires) publiceerde.[14].
Naast zijn onderzoek naar oosterse religies toonde Cumont ook interesse in de Belgische religieuze geschiedenis, en dan in het bijzonder de periode van diens intrede in het romanisme. Hij wijdde er een boek aan getiteld Comment la Belgique fut romanisée (1914). Ook epigrafie trok Cumonts belangstelling. Na zijn reis naar het Midden-Oosten stelde hij een bundel over Inscriptions chrétiennes d'Asie Mineure (1895) op.
In de jaren 1940 werkte Franz Cumont rond het hiernamaals in Romaanse religies. Over dit onderwerp publiceerde hij in 1942 “Recherches sur le symbolisme funéraire des Romains, annonciateur du volume posthume Lux Perpetua[15].
Publicaties
Een volledige uitgave van de bibliografie van Franz Cumont kan worden gedownload: ici.
Bibliografie
- Mélanges Franz Cumont, Brussel, 1936.
- "Franz Cumont", in: Isis,1948, 38 (3-4), 246.
- "Hommages à Joseph Bidez et à Franz Cumont", Brussel, 1949.
- "Notices", in Fasti Archaeologici, 1949, II.
- La commémoration de Franz Cumont à Rome', 13 janvier 1949, Brussel, 1949.
- "In memoria di Franz Cumont", in: Problemi attuali di scienza e di cultura, Rome, 1950.
- "Cumont, Fr.", in: Encyclopedia Britannica, 1965, 6, 895.
- "Cumont, Fr.", in: Chamber's Encyclopedia, 1967, 4, 300.
- BONGARD-LEVINE, Grégory, BONNET, Corinne, Litvinenko, Yuri en MARCONE, Amaldo, Mongolus Syrio salutem optimam dat: La correspondance entre Mikhaïl Rostovtzeff et Franz Cumont, Parijs: De Boccard, 2007.
- BONNET, Corinne, "Cumont, Franz", in: POUILLON, F. (red.), Dictionnaire des orientalistes de langue française, Parijs, 2009, 247-248.
- BONNET, Corinne, "Franz Cumont : entre ciel et terre", in: BONNET, Corinne, PIRENNE-DELFORGE, V. en PRAET, D., (red.), Les religions orientales dans le monde grec et romain. Bilan et perspectives, Rome - Brussel 2009, 17-22.
- BONNET, Corinne, “ Un réseau européen : la correspondance de Franz Cumont”, in: JACOB, C. (red.), Lieux de savoir. I. Espaces et communautés, Paris, 2007, 1072-1094.
- BONNET, Corinne, "L'histoire séculière et profane des religions (F. Cumont) : observations sur l'articulation entre rite et croyance dans l'historiographie des religions de la fin du XIXe et de la première moitié du XXe siècle", in: SCHEID, John (red.), Rites et croyances dans les religions du monde romain, Entretiens sur l'Antiquité classique LIII, , Vandoeuvres : Fondation Hardt, 2007, 1-37.
- BONNET, Corinne, Le grand atelier de la science. Franz Cumont et l'Altertumswissenschaft. Héritages et émancipation. Des études à la première guerre mondiale (1888-1923), Rome: Institut Historique Belge de Rome, 2005, 2 vol.
- BONNET, Corinne, "Entre Terre et Ciel. Parcours historiographique en "hauts-lieux" sur les traces de Franz Cumont et d'autres historiens des religions", Archiv für Religionsgeschichte, 2005, 7, 5-19.
- BONNET, Corinne, « Rééditer Franz Cumont : pourquoi ? comment ?, in: Anabases, 2006, 4, 267-270
- BONNET, Corinne « Mise en perspective épistolaire. « Denn ich denke oft im Stillen an Sie. » Hermann Diels et Franz Cumont : la filiation intellectuelle à l’épreuve de la guerre 14-18 », in: Anabases, 2009, 10, 99-110.
- BONNET, Corinne, "Un Cumont peut en cacher un autre... À propos de l'appartenance de Franz Cumont à la franc-maçonnerie", in:Anabase, 2008, 8, 197-203.
- BOYANCE, P., "Rome, la Grèce et l'Orient d'après Franz Cumont", L'Information littéraire, 1949, I, 22-26.
- BRUWIER, Marie-Cécile, TILLIET-HAULOT, Marie-Françoise & VERBANCK-PIERARD, Annie (éd.), Franz Cumont et Mariemont, Morlanwelz : Musée royal de Mariemont, 2005.
- CANET, L., "Franz Cumont (1868-1947)", in:' 'Lux Perpetua, Parijs, 1949, VII-XXX.
- DE RUYT, Franz, "Franz Cumont, prince et mécène de l'érudition belge à Rome", in:Revue Générale Belge, 1947, 23, 767-772.
- DE RUYT, Franz, "Le don royal de Franz Cumont à l'Academia Belgica à Rome", in:' 'Alumni, 1947, XVI (4), 189-193.
- DE RUYT, Franz, "Het vorstelijk Geschenk van Franz Cumont", in: Streven, 1947, I (2), 182-186.
- DE RUYT, Franz, "Franz Cumont (1868-1947), in:L'Antiquité Classique, 1947, XVI (I), 5-11.
- DE RUYT, Franz, "Notice sur Franz Cumont", in:Annuaire de l'Académie royale de Belgique, 1981, 99-114.
- DE VISSCHER, F., "La manifestation Franz Cumont (Rome, le 7 mai 1947), in:L'Antiquité Classique, 1947, XVI (1), 13-28.
- DE VISSCHER, F., "La commémoration Franz Cumont à Rome, 13 janvier 1949), in: L'Antiquité Classique, 1949, XVIII (2), 257-264.
- DUSSAUD, R., "Franz Cumont", in: Syria, 1949, 26, 168-172.
- EVERS, Cécile, "Collectors of ancient sculpture in:Belgium in the 19th century: Léon Somzée and Raoul Warocqué", in: Kölner Jahrbücher, 2007, 40, 21-30.
- FARAL, E., [Éloge], in: Comptes rendus des séances de l'Académie des Inscriptions et Belles Lettres, Parijs, 1947, 529-535.
- FESTUGIÈRE, A. J., "Franz Cumont", in:Gnomon, 1949, 21, 272-274.
- FESTUGIÈRE, A. J., "Franz Cumont", in:Bulletin de l'Académie royale de Belgique. Classe des Lettres, 1973, LIX, 310-314.
- GRAN-AYMERICH, Ève, "Franz Cumont (1868-1947) et l'archéologie française", in:Mélanges de l'École française de Rome, Italie et Méditérranée, 1999, 111 (2), 525-539.
- KEIL, J., "Franz Cumont. Nachruf", in:Almanach der Osterreichischen Akad der Wissenschappen, 1948, 98, 206-210.
- KEIL, J., Franz Cumont. Nachruf, Wenen, 1949.
- LAMEERE, William, "Sur la tombe de Franz Cumont", Brussel, 1948.
- LAMEERE, William, "Au temps où Franz Cumont s'interrogeait sur Aristote", in:L'Antiquité Classique, 1949, XVIII (2), 279-324.
- LAMEERE, William, "Lettre", in:' 'Bulletin de l'Académie royale de Belgique. Classe des Lettres, 1956, XLII, 378-379.
- LANNOY, Annelies, Het christelijke mysterie. De relatie tussen het vroege christendom en de heidense mysterieculten in het denken van Alfred Loisy en Franz Cumont, in de context van de modernistische crisis, Gent, 2012 (thèse de doctorat inédite).
- LERICHE, Pierre en GABORIT, Justine, "Franz Cumont, homme de terrain", in: Mélanges de l'École française de Rome, Italie et Méditerranée, 1999, 111 (2), 647-666.
- MAYENCE, Fernand, "Hommage à la mémoire de Franz Cumont à l'occasion de la remise de son buste à la Classe", in: Bulletin de l'Académie royale de Belgique. Classe des Lettres, 1956, XLII, 363-377.
- PAILLER, Jean-Marie, "Les religions orientales selon Franz Cumont. Une création continuée", in: Mélanges de l'École française de Rome, Italie et Méditerranée, 1999, 111 (2), 635-646.
- PETTAZZONI, R., "Franz Cumont", in: Archivio della Società romana di Storia Patria, 1947, LXX, 188.
- PICARD, Ch., "Franz Cumont (1868-1947), in: Revue Archéologique, 1955, XLVI (2), 59-60.
- ROOS, A. G., "Herdenking van Franz Cumont", in: Jaarboek der Moninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, 1950-1952, 181-188.
- ROUSSELLE, Aline, "Franz Cumont et la science de son temps. Introduction", in: Mélanges de l'École française de Rome, Italie et Méditerranée, 1999, 111 (2), 501-506.
- SAMARAN, Charles, "Le souvenir français de Franz Cumont", in: Bulletin de la Classe des Lettres et des Sciences morales et politiques, 1967, 53, 564-567.
- SANDERS, G., "Cumont, Franz-Valéry-Marie", in: National Biografisch Woordenboek, 1964, I, col. 361-366.
- VERCAUTEREN, Fernand, "Une correspondance scientifique. Théodore Mommsen-Franz Cumont (1894-1901)", in: Bulletin de la Classe des Lettres et des Sciences morales et politiques, 1954, 40, 68-90.
- VERHOOGEN, Violette, "Franz Cumont. Conservateur-délégué honoraire", in: Bulletin des Musées royaux d'Art et d'Histoire, 1947, 4de serie, 19 (1-3), 105-110.
Externe links
- Gegevens over de briefwisseling van Franz Cumont is te vinden op: ici.
Noten
- ↑ VERHOOGEN, Violette, "Franz Cumont. Conservateur-délégué honoraire", in: Bulletin des Musées royaux d'Art et d'Histoire, 1947, 4de serie, 19 (1-3), 105.
- ↑ LERICHE, Pierre en GABORIT, Justine, "Franz Cumont, homme de terrain", in: Mélanges de l'École française de Rome, Italie et Méditerranée, 1999, 111 (2), 648.
- ↑ LERICHE, Pierre & GABORIT, Justine, "Franz Cumont, homme de terrain”, 661-662.
- ↑ EVERS, Cécile, "Collectors of ancient sculpture in Belgium in the 19th century: Léon Somzée and Raoul Warocqué", in: Kölner Jahrbücher, 2007, 40, 26-27.
- ↑ VERHOOGEN, Violette, "Franz Cumont. Conservateur-délégué honoraire”, 106.
- ↑ EVERS, Cécile, "Collectors of ancient sculpture in Belgium in the 19th century: Léon Somzée and Raoul Warocqué", 27-29.
- ↑ DE RUYT, Franz, "Notice sur Franz Cumont", 103.
- ↑ DE RUYT, Franz, "Notice sur Franz Cumont", 105.
- ↑ DE RUYT, Franz, "Notice sur Franz Cumont", 110.
- ↑ DE RUYT, Franz, "Notice sur Franz Cumont", 106.
- ↑ BONNET, Corinne, "Un Cumont peut en cacher un autre... À propos de l'appartenance de Franz Cumont à la franc-maçonnerie", in: Anabase, 8 (2008), 197-203.
- ↑ DE RUYT, Franz, "Notice sur Franz Cumont", 100.
- ↑ Over Franz Cumont en de oosterse religies, zie onder meer : BONNET, Corinne, "Franz Cumont : entre ciel et terre", in: BONNET, Corinne, PIRENNE-DELFORGE, V. en PRAET, D., (red.), Les religions orientales dans le monde grec et romain. Bilan et perspectives, Rome – Brussel, 2009, 17-22 en PAILLER, Jean-Marie, "Les religions orientales selon Franz Cumont. Une création continuée", in: Mélanges de l'École française de Rome, Italie et Méditerranée, 111 (1999), nr. 2, 635-646.
- ↑ Korte versie, sterk uitgebreid in de editie van 1913. VERHOOGEN, Violette, "Franz Cumont. Conservateur-délégué honoraire", in Bulletin des Musées royaux d'Art et d'Histoire, 19 (1947),4de serie, (1-3), 105.
- ↑ DE RUYT, Franz, "Notice sur Franz Cumont", in Annuaire de l'Académie royale de Belgique, 1981, 103.